
Niet verzuipen maar zwemmen in de informatie-oceaan
Het zelfkritisch kompas
‘Hoe wil je het hebben?’ vraagt de kapper steevast. ‘Zeg jij het maar,’ is m’n vaste antwoord. Ik laat me graag adviseren door iemand die er verstand van heeft. Ik had dat al toen ik veel jonger was en bij het grote modewarenhuis enthousiast binnenkwam en gedesillusioneerd weer vertrok. Nee, dan liever naar de veel kleinere winkel van een bekende uit het dorp, die me zei wat hij net binnen had en precies wist wat echt iets voor mij was.
Ik moet eraan denken nu ik me afvraag waarom ik zo enthousiast werd van een nieuwsbrief van Paula Buit, waarin ze het had over smaak, dat in een wereld van eindeloze informatie het nieuwe onderscheid is. Paula leerde ik kennen toen we tegelijkertijd werden gerecruteerd voor het bestuur dat het Regio Zwolle Congres organiseert. Zij helpt organisaties met nieuwe perspectieven op hun vraagstuk zodat ze weer beweging, helderheid en betekenis vinden in hun strategie en communicatie.
Ze had in haar nieuwsbrief ook over vertrouwen en schreef dat dit cruciaal wordt in die informatieovervloed.
‘Niet meer: wie weet het meeste? Maar: wie wijst je op wat ertoe doet? We gaan ons organiseren rondom mensen, merken en teams die we vertrouwen om de ruis te filteren. Die kunnen aanwijzen: dáár zit de essentie.’
Toen ik het er met haar over had, sprak ze ook over ‘vibe coding’. En hoewel dat technisch iets heel anders is, sloeg ik erop aan. Ik voelde letterlijk iets van een vibe, een snaar die was geraakt. Want ja, dat had ik dus altijd al en ik besef me nu dat het alleen maar crucialer is nu er steeds meer op ons afkomt. Was het vroeger keuzestress bij te grote winkels, nu is het vooral informatie in overvloed en dat wordt door de komst van AI gegenereerde content erger en erger. We hebben ons zelfs met Het Kennisfestival laten overhalen om met AI blogs te creëren om beter gevonden te worden. Oeh, denk ik nu, is dat wel de bedoeling in deze door content overspoelde wereld?
Nuance door appgroep
Ik belde Paula en vertelde haar dat ik een app groepje heb met maar drie personen, vrienden, waarin we artikelen met elkaar delen die we interessant vinden. Vooral over het nieuws, maar het kan eigenlijk over van alles gaan. Maar waarom het bij het voorgaande past, is vanwege het vertrouwen in de groep. We delen ook dingen waar we van denken: ben ik het hier eigenlijk wel mee eens? En stellen dan ook die vraag erbij ‘wat vind jij hiervan?’ Er wordt gediscussieerd. Er komen bijpassende artikelen terug uit andere magazines of kranten en al lezende en ‘online’ pratende vormen we allemaal onze mening. Genuanceerder dan die was en vaak van meerdere kanten bekeken dan vanuit één standpunt bezien.
Misschien dat je nu denkt ‘wat heeft het met dit onderwerp te maker?’ of ‘wat kan ik hiermee?’ Maar het is dus letterlijk ‘wie wijst je op wat ertoe doet?’ Het is niet één of ander algoritme dat mij wijst op artikelen die passen bij iets wat ik eerder al las of aanklikte, maar mensen van vlees en bloed waar je vertrouwen in hebt op basis waarvan je keuzes maakt en belangrijker nog, een standpunt inneemt.
Muziek als liefdestaal
En dat het voor mij ook niet alleen over nieuws of actualiteiten gaat, bewijst wel mijn ‘yes!’ gevoel bij een mooi plaatje dat Stepfanie Tyler, van het online platform badgirlmedia deelde waarop iemand schreef “someone is still listening to the music you’ve showed them’. Ze schreef erbij ‘sharing playlists is my love language’. Waarmee ze dus zegt dat het delen van een persoonlijk playlistje veel meer aanspreekt dan vertrouwen op het Spotify algoritme. Helemaal eens. En past precies in dat plaatje. Ik ga een plaat die recensent Gijsbert Kramer positief beschrijft in de Volkskrant ook altijd luisteren en een film met vier of meer sterren in het NRC bekijken in de bios. Omdat ik door de jaren heen merkte dat hun mening vaak overeenkomt met de mijne en ik ze dus vertrouw bij nieuwe tips. Dat het ook via Instagram kan, maar dan toch met de mens als uitgangspunt, blijkt uit de screenshots die ik maak van muziektips van mensen die ik volg, omdat ze vaak bij dezelfde concerten zijn als ik. Een beter bewijs van dezelfde smaak is er niet.
De gidsen van betekenis
Vertrouwen en smaak zijn twee van de vier componenten die Paula trouwens beschreef in die nu toch al memorabele nieuwsbrief waar ik op aanging. En smaak en vertrouwen kwamen ook samen toen een goede vriend me wees op het nieuwe album van Indie-country artiest MJ Lenderman. ‘Tip van m’n broer ‘ appte hij erbij, ‘wel rustig maar kruipt onder de huid’. Nou, zeg dat! De plaat kwam maandenlang elke dag minimaal twee keer via mijn oortjes voorbij. Ik bezocht vier van z’n concerten binnen een jaar en stak m’n eigen broertje er mee aan. En vermeldenswaardig is dat daarna het Spotify algoritme wel haar werk deed. Steeds meer artiesten kwamen voorbij met ‘voor liefhebbers van MJ Lenderman’ erbij. Zo leerde ik een heel genre kennen en zo zijn er inmiddels zeker drie of vier bandjes die ik zeker niet mis als ze naar Nederland komen. ‘Smaak is kritisch denken met intuïtie’ schrijft Paula daarover. Daar voel ik me helemaal bij thuis. Ik sprak haar erover en we hadden het over cureren en vonden dat maar een lelijk woord. Maar in een wereld waar iedereen creëert, worden de curatoren, de mensen met smaak, visie en context, de gidsen van betekenis. Iets wat we in musea waar curatoren als sinds mensenheugenis bestaan natuurlijk al lang wisten.
Onderzoek
Ik bezocht met een groep vrienden de expositie van fotograaf Stephan Vanfleteren, Transcripts of a Sea. Ik las erover en stelde aan de organisatie van het vrienden-weekendje Gent voor om er heen te gaan. Ze hadden vertrouwen in mijn smaak en op zaterdagmorgen togen we er met 15 man heen om met een gids rondgeleid te worden. Zij vertelde over de foto’s, maar nog meer over de klassieke schilderijen die Vanfleteren er met de curator van het museum bij had gezocht. Ik vroeg hoe dat toch mogelijk was dat ze zo passend waren, uit allerlei verschillende eeuwen kwamen en vanuit een waaier aan collecties waren geleend om hier getoond te worden. Hoe weet je überhaupt dat zo’n schilderij uit een privécollectie bestaat? Nou ja, ten eerste heeft de curator natuurlijk heel veel ervaring en kennis opgedaan, maar hij had er ook heel veel onderzoek naar gedaan. Ik was blij met haar antwoord en voelde dat ik weer een stukje verder kwam in de zoektocht naar hoe-toch-te-overleven-in-deze-tijd-van-zo-veel-informatie. Onderzoeken hoort er ook bij. Dus niet klakkeloos retweeten of doorsturen van van alles, maar gedegen te werk gaan.
Ik besprak het nog eens met Paula en we kwamen eigenlijk tot de conclusie dat de combinatie van smaak en vertrouwen je ver brengt, maar dat het dus ook aankomt op zelf creëren. Zoals de curator deed met z’n expositie van schilderkunst die hij toevoegde aan de geweldig imposante foto’s. Curatie is niet hetzelfde als filteren. Het is een creatieve daad die context en betekenis schept. Zoals Tim Lebrecht (The House of Beautiful Business) zegt: “Curatie is niet het selecteren van het beste, maar het creëren van nieuwe betekenis door contrast, verhaal en verbinding.”
Snel afgeleid?
Als je er over nadenkt, klinkt het heel logisch. Je vaart op je gevoel, op smaak, wordt gewezen op dingen die ertoe doen door mensen die je vertrouwt, maar het gaat er wel om dat je onderzoekt en toevoegt. Zelf creëert. Bijzonder misschien is dat ik de meest voor de hand liggende strategie om overeind te blijven als er veel op je afkomt nu pas aanstip. Want het is er één die je van kinds af aan wordt aangeleerd. Of althans geprobeerd wordt aan te leren: focus. Wel gelijk de lastigste, want worden we niet allemaal continu afgeleid door van alles en nog wat?
Vroeger had ik een klant die tegen mij zei: ga jij aan de vergadertafel maar met je rug naar de rest van het kantoor zitten, dan word je tenminste niet zo snel afgeleid. En dat was nota bene in de tijd zonder smartphones die ons nu continu afhouden van wat we eigenlijk willen doen. Reden voor dit artikel trouwens. De enorme ‘overload’ aan info die op ons afkomt -en met een schermtijd die de pan uitrijst- gebeurt dat vooral via de mobiel. Maar ook moet ik toegeven dat ik nog drie Volkskrant Magazines heb liggen, FD-magazines, bijlages en muziekbladen die ik nog moet lezen. Om nog maar te zwijgen van de enorme stapel boeken die ik nog moet lezen, of waar ik wel in begonnen ben maar nog verder mee moet. Romans, biografieën, zelfhulp- en natuurlijk managementboeken. Wat was ik blij met Paula’s artikel waar behalve die zin over vertrouwen ook iets over focus stond. Dat bleek toen ik het teruglas. Focus is niet lineair stond er. Jaa, dacht ik. Dat is hoe het bij mij werkt! En hoewel het dus minder moet -ik denk bijvoorbeeld maximaal drie boeken tegelijk en ik moet me dus niet meer laten leiden door Instagram of Spotify algoritmes- geeft me dit rust. Door juist meer dingen tegelijk op je af te laten komen, ontstaan nieuwe verbindingen.
Boekenwielen en Wunderkammers
Paula liet me zien dat dit in de 16e eeuw ook al een thema was aan de hand van het toen al ontwikkelde boekenwiel: een roterende boekenhulp waarmee je meerdere grote boeken tegelijk kunt bekijken zonder ze te hoeven verplaatsen. En ik werd getriggerd in het Drents Museum bij de expositie over Wunderkammers. Dat zijn kunst- en rariteitenkabinetten: een kamer of kast waarin een bijzondere verzameling van natuurlijke objecten en door mensen gemaakte voorwerpen werd bewaard. Ik dacht: kan ik er daar niet één van maken met mijn gedachten erin? Dan bewaar ik de gedachten en kan ze later nog eens terugvinden of ook met anderen delen. Het hoeft er dan niet één tegelijk te zijn, zoals bij lineaire focus, maar meerdere gedachten door elkaar, die misschien ook wel bij elkaar aansluiten.
Weet dus dat focus niet lineair is en vertrouw op je smaak en op mensen die je vertrouwt om vervolgens iets te doen met de info die op je afkomt. Vier elementen die samen een soort van kompas vormen waarmee je wat ons betreft kunt overleven in deze tijd. Een kompas waarbij je zelfkritisch moet zijn. Komt er niet te veel op me af? Laat ik me nu toch leiden door algoritmes? Liggen er weer meer dan drie boeken open ergens in huis? Lees ik toch weer allerlei artikelen van mensen waar ik eigenlijk niks mee heb? En als laatste: doe ik niks met de dingen die ik door het filter laat? Dan is het tijd om het zelfkritische kompas er weer bij te pakken. Misschien ook wel als de kapper vraagt hoe ik het hebben wil. Het gaat immers niet alleen om vertrouwen maar ook om mijn eigen smaak.
Het zelfkritisch kompas
Met het zelfkritisch kompas in de hand, niet letterlijk, maar wel continu in mijn achterhoofd ga ik vooral de strijd met mezelf aan merk ik. En als één van de organistoren van Het Grootste Kennisfestival weet ik natuurlijk dat persoonlijk leiderschap één van de meest gewenste onderwerpen is door onze bezoekers. In combinatie met een steeds grotere rol van AI in ons leven (en in ons werk) zou het ontwikkelen van een zelfkritisch kompas heel goed passen bij de gewenste vaardigheden van werknemers in de toekomst. Want waar het in dit artikel veelal ging over mijn privéleven waarin nieuws, kunst en vooral muziek een grote rol spelen, is het voor de informatie die zakelijk op professionals afkomt niet anders. In welke sector dan ook.
Ik zat met een vriend en tevens huisarts op het terras in Istanbul en vroeg hem hoe hij ‘overleeft’ in de informatiemaatschappij waar we het in dit artikel over hebben. Het eerste wat hij zei was dat hij vooral keek op sites van organisaties die hij vertrouwt. Ik dacht natuurlijk ‘bingo’. Dit is één van de vier componenten van het Zelfkritisch Kompas. De Nederlandse Vereniging van Huisartsen noemde hij bijvoorbeeld. Maar dat hij ook een aantal zogenaamde ‘zorgfluencers’ volgt om te kijken wat er allemaal gebeurt en gezegd wordt. Maar ook dat hij dat dus niet doet om z’n kennis van het vak up-to-date te houden, maar juist om te zien ook wat voor ‘fake news’ er vaak verspreid wordt. Kritisch volgen dus en misschien ook wel ‘niet lineaire-focus’.
Op de terugweg zat ik naast onze (personal)trainer -met wie we naar Istanbul waren- in het vliegtuig die ik zijn Instagram zag checken en me via dat acoount een aantal oefeningen in de sportschool liet zien (waarvan ik zeker wist dat mij dat nooit zal lukken). Maar gelijk even reden om te vragen hoe hij aan z’n nieuws komt. Inderdaad door dit soort accounts te volgen, maar alleen ter inspiratie. Omdat het altijd variaties op bestaande oefeningen zijn. ‘Nieuwe oefeningen bestaan niet’ zei hij resoluut.
Inner Development Goals
Toen Paula en ik onszelf nog wat verder verdiepten in de net aangehaalde ‘future skills’ waarover veel wordt gesproken, kwamen we ook op de Inner Development Goals. Een thema dat belangrijk was op onze laatste editie van Het Grootste Kennisfestival. Vijf categorieën die beschreven zijn om aan te geven wat je zelf kan doen om met jouw organisatie de vast al wel bekende Sustainable Development Goals te bereiken. Het eerstgenoemde doel is ‘Being’ en de eerste vaardigheid die daarbij benoemd wordt, is een Innerlijk kompas. I rest my case zou ik bijna zeggen. Thinking is de tweede IDG, dat al helemaal naadloos aansluit op het Zelfkritisch Kompas, omdat kritisch denken daar expliciet genoemd wordt. Acting is de laatstgenoemde IDG en die haakt natuurlijk aan op creatie en curatie. Curatie is een creatieve daad schreef ik hierboven al. ‘Acting’ dus, zelf aan de slag.
Conclusie is dat het Zelfkritisch Kompas een toekomstige vaardigheid is die aansluit op de Inner Development Goals. Goed dat je dit artikel tot onderaan gelezen hebt dus.
Dit arikel is onderdeel van een serie.
In een volgende aflevering gaan we in op de relatie met de 3 c’s Curosity, Curation en Connectivity.
Daarna komen natuurlijk ook de 4 onderdelen van Het Zelfkritsch Kompas uitgebreid aan bod.
